Pandiwa
51 Filipinoe afdrukbare flashcards voor het leren van het onderwerp Werkwoorden
- pigain-piga - knijpen
- pindot - pindutin - drukken
- buhos-ibuhos - gieten
- buksan - openen
- lagariin - zagen, ik zaag
- sipain - schoppen
- ihagis-hagis - omhoog gooien
- dalhin - opbrengen
- awit-umawit-awitin - zingen
- magtago-tago - verstoppen
- suklay-magsuklay - kammen
- punit-punitin - scheuren
- mangisda - vissen
- umupo-upo - zitten
- idagdag-dagdag - optellen
- kolekta-mangolekta - verzamelen
- tuyo-patuyuin - drogen
- tayo-tumayo - staan
- tira-tirahin - schieten
- magtayo - bouwen
- katok-kumatok - kloppen
- sayaw-sumayaw - danzen, ik dans
- hila-hilain - slepen
- ayos-ayusin - repareren
- palakpak-pumalakpak - klappen
- hatching - niezen, ik nies
- kamot-magkamot - krabben
- bulong-bumulong - fluisteren
- itapon - gooien
- tumambay - hangen
- sumilip - naar buiten kijken
- suminga - blazen, ik blaas
- alagaan - zorgen voor
- bigay-ibigay - geven
- regalo - gift, cadeau
- hawak-hawakan - vasthouden
- ihip-umihip - blazen, ik blaas
- tingnan - er in kijken
- magpa-araw - zonnebaden
- ilunsad - lanceren
- tumugtog ng piano - piano spelen
- laro-maglaro - spelen
- duyan - schommel
- ilagay - er in leggen
- maghukay - graven, ik graaf
- pakainin - voeren
- mag-ahit/magtabas - maaien
- magpintura-pintura - schilderen
- kagat-kumagat - bijten
- higa-humiga - liggen
- salo-saluhin - vangen