Les Verbes flashcards

Werkwoorden

52 Néerlandaise afdrukbare flashcards voor het leren van het onderwerp Les Verbes d'Action
  • knijpen - presser
  • drukken - presse
  • gieten - verser sur
  • openen - ouvrir
  • zagen, ik zaag - scier
  • schoppen - botter
  • omhoog gooien - vomir
  • opbrengen - faire monter
  • zingen - chanter
  • verstoppen - cacher
  • kammen - brosser
  • scheuren - déchirer
  • vissen - pêcher
  • zitten - siéger
  • optellen - additionner
  • verzamelen - collecter
  • drogen - sécher
  • staan - se lever
  • schieten - tirer
  • bouwen - construire
  • kloppen - frapper a la porte
  • danzen, ik dans - danser
  • slepen - traîne
  • repareren - réparer
  • klappen - applaudir
  • niezen, ik nies - éternuer
  • krabben - rayure
  • fluisteren - chuchoter
  • Werkwoorden - Les Verbes d'Action
  • gooien - lancer
  • hangen - traîner
  • naar buiten kijken - regarder
  • blazen, ik blaas - se moucher
  • zorgen voor - se soucier
  • geven - donner
  • gift, cadeau - donner
  • vasthouden - tenir
  • blazen, ik blaas - souffler
  • er in kijken - examiner
  • zonnebaden - prendre le soleil
  • lanceren - lancer
  • piano spelen - jouer du piano
  • spelen - jouer
  • schommel - balancer
  • er in leggen - mettre
  • graven, ik graaf - à toi
  • voeren - nourrir
  • maaien - tondre
  • schilderen - peinturer
  • bijten - mordre
  • liggen - allongé
  • vangen - attraper
Download Les Verbes d'Action Flashcards
bijten ansichtkaarten blazen, ik blaas ansichtkaarten blazen, ik blaas ansichtkaarten

Werkwoorden van beweging

20 Néerlandaise afdrukbare flashcards voor het leren van het onderwerp Les Verbes de Mouvement
  • rennen - courir
  • Werkwoorden van beweging - Les Verbes de Mouvement
  • kruipen - ramper
  • springen - sauter
  • zwemmen - nager
  • een paard berijden - galoper
  • rijden - conduire
  • vliegen - voler
  • gaan - aller
  • dragen - porter
  • naar beneden komen - descendre
  • valen - tomber
  • trekken - trainer
  • jezelf achtervolgen - pourchasser
  • wandelen - se promener
  • rij - pagayer
  • beklimmen - escalader
  • duiken - plonger
  • duwen - pousser
  • rollen - rouler
Download Les Verbes de Mouvement Flashcards
beklimmen ansichtkaarten dragen ansichtkaarten duiken ansichtkaarten

Routine verbum

34 Néerlandaise afdrukbare flashcards voor het leren van het onderwerp Les Verbes de Routine
  • op het potje zitten - s'asseoir
  • pissen - faire pipi
  • poep - faire caca
  • veters strikken - nouer ses lacets
  • koken - cuisiner
  • voeden - manger
  • ga winkelen / boodschappen doen - faire des courses
  • ontspannen - se détendre
  • word wakker - se reveiller
  • tanden poetsen - se brosser les dents
  • televisie kijken - regarder la télé
  • roken - fumer
  • met vrienden spelen - jouer
  • werken - travailler
  • vegen - balayer
  • vacuüm - passer l'aspirateur
  • was doen - faire la lessive
  • strijken - repasser
  • water geven - arroser
  • spatten - asperger
  • make-up opdoen - se maquiller
  • haar laten knippen - couper les cheveux
  • scheren - raser
  • Routine verbum - Les Verbes de Routine
  • eten - manger
  • drinken - boire
  • wassen - se laver
  • slaap - dormir
  • schoonmaken - nettoyer
  • aankleden - s'habiller
  • doe schoenen aan - mettre mes chaussures
  • knoop de knoppen - boutonner
  • een douche nemen - prendre une douche
  • een bad nemen - prendre un bain
Download Les Verbes de Routine Flashcards
aankleden ansichtkaarten doe schoenen aan ansichtkaarten drinken ansichtkaarten

Staat werkwoorden

24 Néerlandaise afdrukbare flashcards voor het leren van het onderwerp Les Verbes d'États
  • bang zijn voor - craindre
  • verslaan - battre
  • schreeuw - crier
  • Staat werkwoorden - Les Verbes d'États
  • verdedigen - proteger
  • denken - penser
  • gapen / geeuw - bailler
  • boos zijn - être en colère
  • roepen - appeler
  • hij houdt de sleutel vast/ een sleutel vasthouden - avoir
  • is aan het dollen / gek worden - grimacer
  • kijken naar - observer
  • snuift/ ruiken - renifler
  • knuffelen - étreindre
  • viel - souffrir
  • zoen - embrasser
  • verwarren - embrouiller
  • horen - entendre
  • lachen - rire
  • huilen - pleurer
  • kijken - regarder
  • bidden - prier
  • dromen - rêver
  • laten zien - montrer
Download Les Verbes d'États Flashcards
bang zijn voor ansichtkaarten bidden ansichtkaarten boos zijn ansichtkaarten

Les Verbeskaarten in afwachting van hun creatie

Bekijk andere sets afdrukbare Néerlandaise flashcards!

Er zijn geen Néerlandaise flashcards meer.
Maar u kunt naar de sectie van
Français flashcards en ze vertalen naar het Néerlandais.

Abonneren op de Kids Flashcards

Lets Pin Educational Flash Cards to Your Pinterest

Visuele Werkwoorden Flashcards voor Kleuters (130 kaarten in het Néerlandais)